Collection de tracts et documents officiels [AC 51/14] : III Propagande de la collaboration et propagande Allemande: Propagande 'politique' : De Vlag, [1935-1945] - Photo n° 524221
Photo n°
524221
:
HET was te voorzien dat de wegvoering, in Mei 1940, van duizenden Vlamingen naar de Fransche concentratiekampen, de gruwelen van den « spooktrein », de moorden van Abbeville, enz., in onze literatuur een anderen neerslag zouden vinden dan enkele haastig geschreven reportages. Niets meer te zijn, dan de ontlasting van een door apocalyptische visioenen van gruwelen en vernederingen overstelpt geheugen, is inderdaad een euvel, dat de meeste der tot nog toe over dit thema verschenen geschriften mag aangewreven worden. Het bedied van den Franco-Belgischen moordaanslag op de besten, en ook op de geringsten van ons volk, reikt echter verre boven de beteekenis van gelegenheidsjournalistiek uit. Er moest een boek geschreven worden, dat niet alleen de belevenissen van een enkeling in één wagon, in één kamp weergeeft; maar een samenvatting van wat er voorviel in al de wagons, op al de treinen, in de karavanen van Abbeville en van de naar Engeland meegevoerden, in de kampen van Le Vernet, St. Cyprien, Gurs, enz. enz. En daarenboven nog een boek, dat zich niet bij het relaas van deze feiten bepaalt, maar dat er den zin van opzoekt, hem ontdekt, en hem dan onverbiddelijk in zijn historisch kader stelt. Ook een menschelijk boek, van iemand die deze dingen niet alleen ondergaan, maar die ze ook beheerscht heeft door zijn karakter; van iemand die verhaalt en beschrijft, niet om uw medelijden af te dwingen, maar om een daad te stellen van vérstrekkende beteekenis. Hier is dit boek. En het is wat het moest zijn: een aanklacht, een gevecht, een zegepraal. Een aanklacht, koud, striemend, onbewogen, ongenadig, verpletterend. Zonder omhaal van woorden, zonder bombast of rhetoriek. Feiten, feiten, feiten. Volledig gekontroleerd en tegengekontroleerd. Maar geen gruwelboek: het werkt niet als een druk op onze traanklieren; het wijst alle sentimentaliteit — naar het beruchte Pelikaantype van Van Zeeland — van de hand. Want het is een gevecht. Hier is een man aan het woord, die alles meegemaakt heeft, van het begin tot het einde, en die ook tot in de minste bijzonderheden heeft nagegaan wat het lot zijner mede-weggevoerden is geweest. Doch die man wist waarom het ging. Daarom is dit boek een gevecht van bij den aanvang — te vluchten voor het naderend ontij kan hij tegenover zichzelf niet verantwoorden — tot aan het einde toe; een gevecht om sterker te blijven dan zijn vijanden, zich niet te laten afmaken door honger, dorst, gebrek aan lucht, mishandelingen, vertwijfeling. Een gevecht om het te halen. Om levend terug te keeren en overwinnend af te rekenen. En hij rekent af. Zooals Frankrijk op zijn manier, met sadistische wreedheid, afrekende met hem en met zijn kameraden, rekent hij, als Germaan, af met Frankrijk, met hooghartige koude en verachting. En het is «de klauw van den leeuw» die hier op Frankrijk neerkomt, op « de wreedste natie »; het is onze overwinning. Wie als Vlaming dit boek gelezen heeft, is voor eeuwig van de Fransche « emprise » bevrijd. Daarom is het een blijvend boek, epoche-makend in onze geschiedenis, in de ontwikkeling van ons Vlaamsch en Germaansch bewustzijn. Het is de Bijbel van onzen strijd tegen den erfvijand uit het Zuiden. De taal waarin het geschreven is, de kompositie, de koude hartstocht die het doorgloeit, maken er ook literair een meesterwerk van.